Een Tivoli met een ferm achterwerk?

De SsangYong XLV is duidelijk gebaseerd op zijn kleine broertje, de Tivoli. In zo ver zelfs dat nagenoeg alles van het radiatorgrille tot en met de achterportieren identiek is. Met de Tivoli in het achterhoofd lijkt die grotere achterpartij er dan wat kunstmatig aangenaaid te zijn, maar vanuit een objectief standpunt is de XLV nog steeds een goed gebalanceerd ontwerp. Je zou zelfs kunnen zeggen dat hij net iets meer aanwezigheid heeft dan zijn compactere soortgenoot.

Het design van de SsangYong XLV is dan ook allesbehalve alledaags. We zijn tot op heden nog niet helemaal zeker of we deze wagen als SUV, cross-over, break of gewoon als combinatie van dat alles moeten bestempelen. Waar we wel zeker van zijn is dat deze lay-out voor een klein ruimtewonder zorgt. De standaard XLV biedt maar liefst 720 liter bagageruimte; bijna 300 liter meer dan de Tivoli. Moet gezegd: onze XLV was geen standaardversie en had dus een uit de kluiten gewassen CNG-tank onder de koffervloer. Desondanks eindigt het volume nog steeds bij een respectabele 574 liter.

In het interieur valt ook meteen op hoeveel vooruitgang SsangYong in de voorbije jaren geboekt heeft. Het dashboard is nog steeds geen toppunt van verfijning maar is wel aangenaam vormgegeven. Alles zit min of meer op een logische plaats—behalve misschien de bizarre HDMI-aansluiting waarmee je een laptop op het kleine scherm kunt aansluiten: daarvoor is het nut wat ver te zoeken. Enkel het gebruik van sommige harde plastics komt het interieur niet ten goede maar dat komen we wel vaker tegen in wagens van dit segment en deze prijscategorie.

Af fabriek vs. aftermarket

Het grootste verschil tussen deze SsangYong en de Volkswagen en Seat uit onze vorige aardgastests is niet de ruimte noch het design, maar wel het productieproces van het CNG-model. De Leon en Up! worden af fabriek met een aardgasinstallatie geleverd; deze SsangYong XLV wordt eerst geassembleerd als standaard benzinewagen en gaat dan naar een onafhankelijke CNG-installateur. Dat heeft toch een paar uiteenlopende gevolgen voor de eigenaar. Ten eerste krijgt die de wagen met een extra knop om te kiezen tussen CNG en benzine, maar die knop zier er jammer genoeg nogal sjofel uit. Ten tweede kan de bestuurder het aardgasverbruik niet onafhankelijk van het benzineverbruik in de gaten houden: ongeacht op welke brandstof je rijdt, de boordcomputer geeft altijd een schatting in benzinecijfers. Dat is vooral jammer voor de journalist, die kan moeilijk een correct verbruikscijfer aan zijn lezers meegeven… Als laatste punt verloopt de overgang van benzine naar aardgas bij deze SsangYong niet even naadloos als bij zijn concullega’s. Zo start de motor altijd op benzine—wat niet abnormaal is—maar wanneer het systeem dan beslist dat de tijd gekomen is om over te schakelen op CNG voel je als bestuurder plots heel even het vermogen wegvallen. In het begin kan dat geregeld tot kortstondige paniekaanvallen leiden maar ook daar wen je uiteindelijk wel aan.

Aangezien de XLV dus gewoon als benzinewagen van de band rolt heeft hij ook de vertrouwde 1.6-liter e-XGi-motor met 126 paarden. Dat zijn nog steeds niet de snelste paarden maar ze brengen je vlot van A naar B. Ook de benzinetank blijft met zijn 50 liter onveranderd en is op zich dus goed voor een 750-tal kilometer. Daarnaast komt dan een CNG-tank die er nog eens een rijbereik van om en bij de 300 kilometer aan toevoegt. Geen renpaarden dus maar wel flinke duurlopers.

Prijs

Zonder twijfel de grootste factor om voor deze SsangYong XLV op aardgas te kiezen is het prijskaartje. Zo kan je al een XLV op benzine krijgen vanaf 16.490 euro. Aangezien de ombouw naar CNG niet in de fabriek gebeurt is de prijs daar redelijk transparant: elke XLV op benzine met voorwielaandrijving kan je laten ombouwen tegen een meerprijs van 2.990 euro. Dan kom je dus aan een basisprijs van 19.480 euro… En dat voor een ferme gezinswagen op goedkope, groene brandstof!

Tekst en foto's: Joram Van Acker